De bekentenis – Jessie Burton (Marloes)
Ik moet je iets bekennen
Wie vooraf tegen mij zou zeggen dat ik gerust meer dan anderhalve maand zonder boek zou kunnen, zou ik voor gek hebben verklaard. Echter, vanaf het moment dat mijn eerste zoon half december te wereld kwam, veranderde dat: ik was moeder! Meer dan anderhalve maand later pak ik mijn eerste boek voor de blog van Valerie op. Gelukkig maar. De bekentenis van Jessie Burton laat mij weer zien waarom ik lezen zo fijn vind. Voor het grootste deel dan.
Het boek bevat twee verschillende verhaallijnen. Het eerste verhaal speelt zich grotendeels af rond 1982. Elise ontmoet een bijzondere vrouw: Connie. Ze raken met elkaar in contact en Elise kan vrijwel direct niet meer zonder de auteur. Hoewel de auteur eigenzinnig en een tikkeltje eigenaardig is, volgt Elise haar in alles. Ze verlaat haar eigen plek en trekt mee naar de kennissenkring van Connie. Daar ontdekt ze wat het andere leven haar biedt, maar meer nog: wat het andere leven haar laat verliezen.
De tweede lijn betreft het verhaal van Rose. Rose is de dochter van de verdwenen Elise en de lezer ontmoet haar in 2017. Ze is bij haar vader en wordt geconfronteerd met de boeken van ene Constance Holden. Deze auteur (Connie), is plotseling uit de boekenwereld verdwenen en de vader van Rose vertelt haar dat Roses moeder bij Connie was (of is). Rose wil weten wie haar moeder is, waar ze is en wat er gebeurd is in het verleden en besluit op zoek te gaan naar Connie.
Wie De bekentenis openslaat, heeft in de eerste instantie het idee in een soort sprookje terecht gekomen te zijn, door de vele details die Burton ten tonele brengt: ‘Connie lachte en er kwam een kelner naar hun tafel, een jongeman met een slanke taille en kohlrandjes om zijn ogen.’ Zeker het eerste deel van de plot is zeer beschrijvend van aard. Het maakt dat je als lezer gemakkelijk in de wereld van zowel Rose als Elise kunt treden en je het er comfortabel kunt maken. Prikkelende zinnen nodigen je bovendien uit verder te lezen: ‘Ik was veertien toen ik mijn moeder ombracht.’
Verder lezend ontdek je als lezer de verscheidenheid van de personages. Enerzijds deal je met Elise, wiens verhaal in het personale perspectief beschreven wordt en anderzijds ontmoet je Rose, wiens verhaal je via de ik-verteller te horen krijgt. Beide dames zijn zeer verschillend en maken je op hun eigen manier nieuwsgierig. Doordat Burton de verhalen door elkaar heen en evenwel parallel optekent, weet ze de climax vakkundig uit te stellen. Als lezer wacht je onrustig af: wat is er precies met Elise gebeurd en op welke manier construeert Rose het verleden? Bovendien zijn beide personages nét niet helemaal te begrijpen. De manier waarop Elise uit haar oude leven stapt en optrekt met de persoon die eigenlijk niet heel goed voor haar is, is bewonderenswaardig en tegelijkertijd naïef en onbegrijpelijk. Daartegenover staat de manier waarop Rose op zoek gaat naar haar moeders verhaal. Ook die manier roept bij de lezer tegelijkertijd begrip én onbegrip op.
Over de plot valt niet veel te zeggen zonder essentiële dingen te verraden en daardoor spoilers te geven. Hoewel Burton niet altijd het vernieuwende en verrassende pad kiest tijdens de opbouw van haar verhaal, weet ze de lezer lange tijd toch te boeien. Op diverse plaatsen kabbelt het verhaal enigszins en op andere plekken raakt de verhaallijn de grens met het overdrevene. Toch doet dit de roman niet echt veel pijn. Het zijn de personages, in combinatie met de boeiende verteltrant, die De bekentenis maken tot wat het is: een roman die zeker op je tbr-lijstje mag staan.