Een zomer in Venetië – Wlodzimierz Odojewski (Valérie)
De Poolse Marek is negen jaar oud en helemaal weg van Venetië. Al van jongs af aan vertelden zijn moeder en grootvader prachtige verhalen over de Italiaanse stad. Ondertussen kent Marek alle toeristische trekpleisters van Venetië en heeft hij elk plaatje dat er over te vinden was, uitgeknipt en bewaard. Na veel zeuren en aandringen is het dan eindelijk zo ver: deze zomer vindt zijn moeder hem oud genoeg om mee naar Venetië te gaan!
Marek telt de dagen af, zo hard kijkt hij er naar uit. Maar naarmate de vertrekdatum nadert, worden zijn ouders steeds minder enthousiast en proberen ze hem halsstarrig buiten hun gesprekken te houden. De teleurstelling is dan ook immens als ze in plaats van naar Venetië de trein nemen naar het niet ver gelegen P., naar het landgoed van tante Weronika en tante Barbara. Daar aangekomen lijkt het een saaie vakantie te zullen worden maar algauw maakt hij kennis met Frosia (de hulp van tante Weronika in de boomgaard) en met buurmeisje Zuzia. Als ook zijn nichtje Karola aankomt op de villa, lijkt het toch nog een fijne zomer te zullen worden.
Marek is zich van geen kwaad bewust tot op het moment dat zijn broer Wiktor helemaal uitgeput in P. binnengestrompeld komt, zijn vader langskomt en meteen weer afscheid neemt en zijn moeder eveneens vertrekt om te helpen bij de mobilisatie van Polen.
Gelukkig is er tante Barbara nog, een bron met het helderste water die in de kelder ontspringt en een grote dosis inlevingsvermogen en fantasie.
Misschien komt Mareks droom om Venetië te zien alsnog uit…
Włodzimierz Odojewski’s Een zomer in Venetië is een prachtig boek! Het is een auto-biografie waarin Odojewski de gebeurtenissen uit zijn jeugd beschrijft onder de naam ‘Marek’. Hij gebruikt hiervoor tegen alle regels van het tekstschrijven in, hele lange zinnen met veel leestekens en gedetailleerde plaats- en persoonsbeschrijvingen waardoor de hoofdzin in meerdere bijzinnen verdeeld wordt. Zo was er een zin van maar liefst zeventien regels lang (en dat was zeker geen uitzondering) en ook eentje die een volledige pagina in beslag nam! Soms raak je dan ergens onderweg de draad kwijt en moet je opnieuw bij het begin beginnen lezen om nog te kunnen volgen, maar toch heeft dit me op geen enkel moment gestoord. Ik beschouw het als een koppige literaire eigenheid van de auteur die ik wel kan smaken.
Tussen deze passages zijn er ook enkele bij die me bijgebleven zijn:
‘Het huis van tante Weronika, aan alle kanten van de buitenwereld afgeschermd door muren van ruisende regen, was gevuld met een dreunende stilte, dus als hij iets gezegd of zelfs geschreeuwd had, zou zijn stem hol in het kelderduister hebben geklonken, en zou de vochtige tocht zijn woorden hebben opgenomen.’
‘De pupillen van de soldaat waren gevuld met grenzeloze verwondering, toen zijn hoofd naar achteren helde en in die positie bleef; in de wijd open ogen van die soldaat dacht hij, Marek, een stukje heldere lucht te zien met een traag langsdrijvende wolk.’
Hoe een stilte toch dreunend kan zijn en een tochtvlaag woorden op kan slorpen. Mooi, toch?
En ik denk niet dat er een mooiere manier is om een persoon die stervende is te beschrijven waarbij diens jeugd en herinneringen voorbij flitsen, zonder in lugubere details te vervallen.
Ten slotte is er nog de ‘reis’ naar Venetië. Hier verdient tante Barbara een standbeeld voor vindingrijkheid en creativiteit! Zij en de kinderen creëren hun eigen ‘boven het water drijvende stad’, compleet met lampions, een San Marcoplein met basiliek en verschillende kanalen waarop met gondels gevaren kan worden. Op die manier leidt ze de kinderen af van de gruwel, angst en onzekerheid die de oorlog met zich meebrengt.
Uiteraard zien niet alle volwassenen de magie er van in. Als nuchterheid verschijnt en kindse onschuldigheid en fantasie volledig verdwenen zijn, dan is het moeilijk om in iets grauws nog iets moois te kunnen zien. Maar hun ongeloof en onbegrip worden algauw van tafel geveegd nadat het onverwacht de Duitse bezetter buitenshuis houdt.
Hoe je met wat fantasie, veel inlevingsvermogen en vooral hoop, een beklemmende situatie toch heel wat aangenamer kan maken…
Ondanks het allesvernietigende kader van de Tweede Wereldoorlog, is het een hartverwarmend ‘feelgood-verhaal’ en kan een glimlach niet uitblijven.