Interview: Rima Orie
Rima Orie beantwoordde voor vandaag een aantal vragen over het schrijven van De Zwendelprins.
Titel: De Zwendelprins
Auteur: Rima Orie
Uitgever: Uitgeverij Moon
Jaar van verschijning: 2019
Wie is Rima Orie?
Koffie of thee?
Absoluut thee. Ik vind koffie afschuwelijk, haha.
Ochtend of avond?
Avond, want dan ben ik meestal productiever en in de ochtend heb ik nooit zin om iets te doen. (Hoewel dat niet meer gaat, nu ik een hond heb, maar ik heb hoop dat ze meer gaat uitslapen naarmate ze ouder wordt, want het is nu al een luilak).
Pretpark of Dierentuin?
Een pretpark, want dan kan je meer doen en dieren zie ik liever in de natuur.
All-in-hotel of tentje
Hotel! Ik heb drie keer in mijn leven gekampeerd en het is elke keer op een ramp uitgedraaid. Taferelen als: midden in de nacht niet het toilet kunnen vinden en een lek luchtbed, waardoor ik de hele nacht op de stenen lag. Het kan ook aan mijn voorbereiding liggen, besef ik. Maar misschien is een hotel dan sowieso beter.
Rekenen of taal
Kan het niet allebei? Ik heb meer met taal, maar ik vind rekenen ook leuk en mis het eerlijk gezegd een beetje.
Over De Zwendelprins
Korte inhoud van het boek
Als nieuwsgierige keukenhulp is de zeventienjarige Simran op de hoogte van de meest kleurrijke roddels die er in het paleis van de maharadja de ronde doen. Toch is er slechts één verhaal dat zowel haar als de rest van de bevolking van Suryan in de ban houdt: de mysterieuze verdwijning van de kroonprins.
Twintig jaar na de verdwijning van de Suryaanse kroonprins, verschijnt er een prins uit het koude en verre Fengart bij het paleis die beweert de kroonprins terug te kunnen vinden. Simrans verbazing is groot wanneer hij haar om een gunst vraagt die haar hele leven kan veranderen. Ze snakt er al van jongs af aan naar om de wereld buiten de paleismuren te ontdekken, maar kan ze deze prins wel vertrouwen? Of zijn zijn plannen helemaal niet zo nobel als ze lijken?
Wanneer schreef je het boek?
Rond oktober 2017 begon ik het verhaal daadwerkelijk te schrijven – voorheen had ik meer losse flodders en een magere outline – en begin december 2018 schreef ik de eerste versie af. De laatste versie rondde ik begin maart van dit jaar af. Vrij recent, dus!
Waarom schreef je het boek?
Omdat ik mijn voorliefde voor sprookjes – niet zozeer de bestaande sprookjes zelf, maar meer het gevoel en de sfeer die ze overbrengen – wilde combineren met mijn eigen achtergrond. Ik ben namelijk Hindoestaans van mezelf. Mijn ouders komen uit Suriname en mijn voorouders van beide kanten komen uit India. Ik ben opgegroeid met roti, gulab jaamun, Bollywood-films en Hindoestaanse bruiloften waar ik verschillende salwar kameez’ heb gesleten. En natuurlijk komt mijn geloof ook erin voor. In De Zwendelprins spelen (enkelen van) de goden van het Hindoeïsme, zit de mythologie in het plot verweven, ook al treedt het niet op de voorgrond en is de worldbuilding doordrenkt van de Indiase cultuur.
Waarom moeten mensen het lezen?
Als je van sprookjes, magie, mythologie, andere culturen en moreel grijze personages met al hun imperfecties houdt, dan is De Zwendelprins waarschijnlijk een boek waar je in elk geval een beetje van zal genieten. Het is een verhaal dat nauw bij mijn hart staat, omdat ik een deel van mijn leven erin heb verwerkt. Een deel dat ik niet vaak terugzag in (YA/jeugd-)boeken toen ik opgroeide. En ik hoop dat mijn liefde voor dit verhaal ook gevonden wordt door de lezer tijdens het lezen.
Over het schrijven van De Zwendelprins
Je won de schrijfwedstrijd Moon YA contest in 2018 en ongeveer een jaar later ligt je boek, volledig afgewerkt, in de boekhandel. Hoe is dat proces voorlopen en hoe voelde dat voor jou?
Om heel eerlijk te zijn voelt het nog steeds een beetje onwerkelijk. Soms pak ik voor de zekerheid het boek uit mijn kast en blader het door en dan denk ik: ‘Wauw, dit is écht.’ Het proces zelf was geweldig, maar tegelijkertijd heel intens. Omdat ik de wedstrijd had gewonnen en het verhaal nog niet af was – ik had slechts 20K aan woorden en eindigde met 110K – bij de laatste versie – moest ik het eerst helemaal afschrijven.
Normaal gesproken schrijf je een eerste versie af, dan laat je het even liggen, vervolgens ga je het met een kritische blik herschrijven, daarna kijken proeflezers ernaar en ga je het nog eens herschrijven en misschien zelfs nóg een keer om het helemaal goed te krijgen. Pas als je al die fases doorlopen hebt, stuur je het naar een uitgever op en dan volgen er nog wat redactierondes voor het uitkomt. In mijn geval ging ik meteen de redactieronde in bij Moon na de eerste versie. Een eerste versie die ik als een bezetene heb geschreven, want normaal gesproken werk ik in twee jaar tijd een verhaal af van ongeveer 80K woorden en dit keer schreef ik ruim 100K erbij in ongeveer acht maanden omdat ik me moest houden aan deadlines. Ondertussen werkte ik voor het eerst full-time waar ik ook aan moest wennen (lees: kwam halfdood thuis, omdat ik studentendagen gewend was). De Zwendelprins heeft me letterlijk bloed, zweet en tranen gekost en mijn halve ziel, zo hard werkte ik eraan. Máár: ik zou het zo weer doen. Het was een gouden kans en ik kan nog steeds mijn geluk niet op dat ik dit heb mogen doen en meemaken.
Had je ooit durven dromen deze wedstrijd te winnen?
Nee, absoluut niet! Natuurlijk deed ik wel mee in de hoop dat ik zou winnen, maar naarmate de deadline van de wedstrijd naderde, zag ik steeds meer verhalen voorbij komen die streden om de eerste prijs. Op een gegeven moment dacht ik: ‘Oké, de kans is zo klein dat ik win uit al die verhalen, dat hopen op die minieme kans geen zin heeft.’ (Maar goed, stiekem hoop je desondanks natuurlijk tóch dat je wint of op z’n minst op de shortlist staat, want zo gaan die dingen).
Ik kan me overigens nog heel goed het moment voor de geest halen dat ik erachter kwam dat ik op de shortlist stond. Ik was net van huis vertrokken, na nogal luchtig tegen mijn pa gezegd te hebben van: ‘Ja, ik denk toch niet dat ik erop kom te staan, dus ik ga alvast, adios!’ en stond bij de bushalte te wachten op de bus die, heel typisch, te laat was. Gelukkig was het heel zonnig. En toen kreeg ik een melding van Instagram dat Moon me genoemd had in hun verslag. Daarna kon je me opvegen.
Wat was de cruciale factor waardoor De Zwendelprins won, denk je? Wat maakt jou boek zo bijzonder?
Dit is de vraag waar ik het langst over heb moeten nadenken. Om eerlijk te zijn: ik weet het niet. En dit wil niet zozeer zeggen dat ik De Zwendelprins niet bijzonder of mooi genoeg vind, want dit verhaal zal altijd een speciaal plekje in mijn hart hebben. Het is meer dat ik weet dat er meer verhalen aan de schrijfwedstrijd meededen die hartstikke goed geschreven waren en dat het uiteindelijk aan de persoonlijke voorkeur van de jury is om te beslissen wat zíj het mooist vinden. Want uiteindelijk, als je een selectie hebt gemaakt van ‘goede’ verhalen, is dat hetgeen wat als enige overblijft denk ik: persoonlijke voorkeur. (Plus, andere criteria als: past het bij het fonds, zal het verkopen, genre, enzovoort. Maar ik neem aan dat ze daar bij de selectie van ‘goede’ verhalen ook al naar gekeken hebben).
Ik weet in elk geval wel dat mijn redacteur heeft verteld dat het tijdens het lezen van de Zwendelprins voelt alsof je mee op een sprookjesachtig avontuur gaat, en dat ze het daarom zo mooi vond. Ook heb ik ervoor gezorgd dat, hoewel De Zwendelprins op het eerste gezicht een enigszins cliché set-up heeft, de uitwerking minder cliché is dan gedacht. Dat begint al bij het feit dat er een prins gevonden moet worden in plaats van een prinses, maar uit zich op meerdere aspecten. Dit zie je ook terug in Simran, die als nieuwsgierige keukenhulp een vrij standaard YA-hoofdpersonage lijkt, maar atypisch is in haar manier van denken omdat ik haar geen rebel heb willen maken van de cultuur waarin ze opgroeit (dat wil zeggen: ze denkt op een ‘Indiase’ manier in plaats van een ‘Westerse’ manier en zet zich niet hiertegen af).
Mogen we binnenkort/ooit nog nieuwe boeken van je verwachten?
Dat hoop ik wel! Ik heb in elk geval genoeg verhalen die ik nu wil uitwerken, of die ik al deels heb uitgewerkt. Onder andere een soort-van-vervolg op De Zwendelprins. Het speelt zich in dezelfde fictieve wereld af maar heeft een ander plot en (hoofd)personages. Ook heb ik nog een YA sci-fi liggen waar mensen met bepaalde krachten in voorkomen (soort superhelden, maar anders). En dan heb ik nog een paar losse ideeën voor een dystopische NA urban fantasy, een NA psychologische thriller, een YA-contemporary en een volwassen sci-fi. Ik hoop aan het einde van dit jaar een van deze verhalen afgerond te hebben.
Eén reactie
Muls Mireille
lijkt me een geweldig verhaal!!!!